Grote
bomen omzagen is een heftige activiteit en natuurwerkers zien het
vaak als een 'verzetje' naast andere routineklussen. Maar de
veiligheid komt wel eens in het geding en dan is het verschil tussen
spannend en dramatisch een kwestie van seconden.
Ook
een 'kleinere' boom kan hard aankomen als de top naar beneden
zwiept en met een behoorlijke kracht op iemand terecht komt. Zelfs
een dunne tak van een centimeter doorsnede kan aanzienlijke schade
aanrichten, als die met snelheid op een hoofd of arm terechtkomt.
Iedereen
moet op de veiligheid van zichzelf en de anderen letten en als het
fout dreigt te gaan, dan moet er niet voorzichtig geroepen worden “Er
komt een boom naar beneden...” maar “PAS OP!!!” of “GA !@#$%^&
WEG DAAR”.
“Van
Onderen” roep je niet, wanneer de boom bijna op de grond ligt, maar
op het moment (voor)dat hij in beweging komt.
Afgezien
van de eigen verantwoordelijkheid van alle natuurwerkers in de groep, kan het verstandig zijn een roulerende 'veiligheid-Bob' aan te
wijzen die de werkwijze van de collega's in de gaten houdt.
Naast
vaste groepen natuurwerkers worden soms bedrijfsgroepen of
gelegenheidsgroepen ingezet voor het omzagen van bomen. Juist dan is
extra begeleiding en aandacht voor de veiligheid een noodzaak, want vaak zijn er een paar macho's bij die zich niet aan de
voorschriften houden en te grote bomen op een onveilige manier
omhalen. Ik heb video's gezien (o.a. op YouTube) van dat soort lieden, waarvan je nekharen van afgrijzen overeind gaan staan. Het is soms
meer geluk dan wijsheid dat er geen gewonden of doden bij vallen (nog
afgezien van het deskundig gesloopte gereedschap).
De
literatuur geeft aan dat de veilige afstand bij het neerhalen van
bomen anderhalf maal de hoogte van de boom is... , maar daar houdt men
zich meestal niet aan en zeker niet als men meent 'naast' de
valrichting van de boom te staan. Daarbij wordt dan geen rekening
gehouden met een toevallige windvlaag die de boom een geheel andere
kant op stuurt, dan men in gedachten had. De realiteit kan soms
onverwacht en pijnlijk zijn.
Zorg
altijd voor een vluchtroute. Bij een noodgeval wil je niet niet dat je
weg geblokkeerd is door stuiken of een omgevallen boom of zelfs maar
een grote tak op de grond. Dus kijk even om je heen, voordat je ergens
gaat staan om te kijken naar het neerhalen van een boom, of er een
vluchtroute is zonder obstructies.
Help
de boom om te vallen
De
veiligste en meest gecontroleerde manier voor het vellen van bomen is
om ze niet om te zagen maar om te trekken. Eerst hang je een
touw/kabel zo hoog mogelijk in de boom (met een ladder of door een dunner
touw met een katapult erin te schieten). Pas daarna wordt met zagen
begonnen. Eerst een valkerf (een wig in het hout) aan de zijde van de
beoogde valrichting tot 1/3 van de dikte van de boom en dan van de
andere kant bijna doorzagen, terwijl de boom met het touw (minimaal
anderhalf maal de hoogte van de boom) licht op spanning wordt
gebracht (optimaal met 2 touwen in een V-formatie in de
trekrichting). Met het hoog ingehangen touw kan je vervolgens goed
gecontroleerd de boom de gewenste kant op trekken met menskracht of
een lier. Niet te hard trekken tijdens het zagen en ophouden met
zagen, zodra de boom bijna doorgezaagd is. Dan rustig kijken of hij
omgetrokken kan worden en eventueel ophouden met trekken en nog wat
verder inzagen. Niet trekken en zagen tegelijkertijd, dat kan
gevaarlijk zijn voor de zager onder de boom. De voet van de boom kan
bij afbreken naar achteren schieten, voordat de zager tijd gekregen
heeft om zich in veiligheid te brengen!
In
de literatuur wordt vaak aangegeven dat de valkerf de “valrichting
bepaalt”, maar dat is een foute manier van formuleren en het is
juister om te zeggen dat de valkerf aangebracht wordt aan de zijde
van de beoogde (!) valrichting. Met een vlaag wind kan de boom dan
nog altijd een andere kant op gaan, zeker als je de boom omzaagt
i.p.v. deze gecontroleerd om te trekken. De valkerf zorgt er
bovendien voor dat de boom niet breekt of splijt (met verlies aan bruikbaar
hout) en netjes om kan kantelen in de valrichting.
Van
de goede kant
Sommige
natuurwerkers (beginners) denken dat een boom die aan de linkerkant
ingezaagd wordt ook deze kant op zal vallen, maar dat werkt meestal net
andersom. De reden hiervoor is de spanning in de boom, waardoor bij
het doorzagen van de boom de spanning aan één zijde weggenomen wordt
en de boom daardoor de andere kant op valt. Dat verhaal gaat
uiteraard alleen op als de boom min of meer rechtop staat. In de
praktijk heeft bijna elke boom wel een lichte afwijking door de meest
voorkomende windrichting en zal de kant van de afwijking op willen.
Met een touw of (lier)kabel kan je de boom dan gecontroleerd de
andere kant op krijgen.
Afgezien
van de stand van de stam kan ook de top een aanzienlijke rol spelen.
Soms lijkt de stam vrijwel kaarsrecht maar is de top aan één zijde
aanzienlijk zwaarder dan aan de andere kant. Ook dan kan het
omtrekken meestal gecontroleerd uitgevoerd worden.
Een
gevleugelde kreet bij het omleggen van (grotere) bomen is “Drie keer
kijken, één keer zagen”. Zomaar wat voor de vuist weg zagen is om
problemen vragen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten