Net
op het moment dat ik de ring van een laatste grote Am. vogelkers aan het
schoonmaken was met een staalborstel (zie Ringen), hoorde ik
achter mij iemand vragen “waarom bent u bomen aan het mollen?” Ik
draaide me om en antwoordde “dit zijn Am. vogelkersen. “Ja dat
weet ik!” was de wat bitse repliek, gevolgd door “Kunt u zich
legitimeren?”.
Kijk, zo zet je lekker de toon voor een informatief gesprek.
“Ja
hoor, hier is mijn identificatie van de natuurorganisatie waar ik
voor werk” met als reactie “Dat is maar een speld!... kunt u zich
legitimeren! Ik vind het vreemd dat u hier zo op de zaterdag bezig
bent, zonder dat die werkzaamheden aangekondigd zijn”.
Nu
begon ik toch wat gepikeerd te raken van zoveel botheid. “Ik heb
die penning niet in een feestwinkel gekocht hoor en bovendien ben ik
niet verplicht om aan iedereen die mij aanspreekt mijn legitimatie te
tonen”.
“Ja,
dat weet ik, maar ik ben zelf van de politie, afdeling Levende Have
en ik heb zelf helaas geen legitimatie bij me om dat aan te tonen.
Maar u heeft er geen bezwaar tegen als ik de politie bel?”. Oh, zo
eentje? Misschien is er een reden voor dat ie alleen nog maar met
dieren mag werken!
“Beste
man, de vrijwilligers zijn niet verplicht om alleen tijdens
kantooruren te werken en op de zaterdag wordt dan ook in andere
gebieden hier dichtbij in de natuur gewerkt. Bovendien ben ik op mijn
eentje hier met handgereedschap aan het werk en kleine klussen worden
normaal niet met mededelingenborden bij de ingang aangekondigd. Voor
informatie kunt u contact opnemen met de boswachter van dit gebied”.
“Dat
zal ik doen, hoe heet die boswachter en heeft u een telefoonnummer?”
“De
naam is H... (nee, geen “haas”) en het telefoonnummer heb ik niet
bij me” (staat in mijn telefoon, maar je mag zelf ook wel wat
opzoeken, als je zo bot uit de hoek komt).
“Ja,
maar ik blijf het vreemd vinden dat u hier zomaar bezig bent. En er
zijn verderop ook gevaarlijke bomen die binnenkort omvallen en die
dennetjes hiernaast gaan ook bijna allemaal dood. En u bent ook wat
informeel gekleed.”
Aha,
iemand met een lijst grieven!
En
over die kleding... als ik met het warme weer niet het officiële
werkpak draag, maar een oude werkbroek, T-shirt en een oud versleten
hoedje... dan ben ik daarmee nog geen landloper! En in de bosjes waar
ik bezig was, heb ik in 2 uur tijd maar 2 of 3 mensen op minder dan 10
meter afstand gezien. Maar kennelijk wil de cavia-cop dat er alleen
tijdens kantooruren in officiële kleding gewerkt wordt met op de
borst gespelde legitimatie en waarschuwingsborden bij de ingang.
Misschien moet ie het maar eens proberen bij de modepolitie....
“Heeft
u dat van die gevaarlijke bomen doorgegeven?”
“Ja,
maar daar wordt niets mee gedaan!”
“Helaas
zijn de middelen bij vrijwel alle natuurorganisaties beperkt en
daarom proberen vrijwilligers, zoals ik, te doen wat we kunnen”.
“Ja
maar toch is het vreemd dat u hier zo bezig bent en die geringde
bomen gaan dood en straks krijg ik dan een tak op mijn hoofd!” Tja,
we kunnen alleen maar hopen...
“Een
geringde boom kan er wel 1 of 2 jaar over doen, voordat hij echt dood
is en dan duurt het nog een paar jaar, totdat er echt gevaar is voor
vallende takken. Voordat er gevaarlijke situaties ontstaan worden
deze bomen omgehaald, maar niet nu terwijl ze vol in het blad zitten
en bovendien ingeklemd staan tussen andere soorten, want dat kost
veel moeite om op te ruimen en mogelijke schade aan andere bomen.”
“Ja,
maar...”, blah, blah. Tegen een negatieve instelling is niet op te
boksen.
Enfin,
toch nog even wat informatie gegeven over de organisatie en het
beheer van het gebied en de klager een prettige wandeling gewenst met
z'n twee mechelaartjes.
Wie
weet krijg ik nog een verzoek om een toelichting van de boswachter
als de cavia-cop inderdaad gaat klagen, maar hopelijk weet die een
typische klager af te wimpelen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten